Deltaplan tegen discriminatie

Deltaplan tegen discriminatie

Op 1 juli (Keti Koti) vindt in de Tweede Kamer het jaarlijks algemeen overleg plaats over de aanpak van discriminatie. Terugkijkend op het afgelopen jaar is er genoeg te bespreken: racistische voorvallen op sportvelden, de zorgen en onvrede die klinken uit de ‘Black Lives Matter’-protesten, maar ook discriminatie door de overheid zelf. De urgentie en vraag naar daadkracht is groter dan ooit en de tijd van vrijblijvendheid en losse projecten is voorbij. Het Kamerdebat vindt plaats op de dag dat in veel plaatsen in Nederland Keti Koti wordt gevierd. Aan de vooravond van 1 juli doen de antidiscriminatievoorzieningen een beroep op regering en parlement om verder te gaan dan retorische weerstand en te besluiten tot een Deltaplan tegen Discriminatie. Het Deltaplan in onder andere paginagroot geblubliceerd in dagblad Trouw (klik hier om het plan in te zien).

 

Waarom is een Deltaplan tegen Discriminatie hard nodig?

Het Discriminatie Meldpunt Groningen heeft samen met haar collega’s in het land een oproep gedaan aan de Tweede Kamer en de regering op om een Deltaplan tegen Discriminatie op te stellen. Hier leggen we kort uit waarom we deze oproep hebben gedaan en wat we ermee willen bereiken.

Discriminatie en racisme komen ook in Nederland voor. Afgelopen jaar hebben we daar schokkende voorbeelden van gezien. Denk aan racistische voorvallen op voetbalvelden; de Belastingdienst die burgers met een migratieachtergrond extra controleert en de bezorgdheid die klinkt uit de Black Lives Matter-protesten. Dat zijn de grote voorbeelden die in het nieuws komen. Elke dag krijgen talloze Nederlanders te maken met discriminatie; uit ons onderzoek Discriminatie Klimaat in Groningen blijkt dat slecht 1 op de 5 inwoners deze ervaren discriminatie meldt.

Het is belangrijk om discriminatie preventief aan te pakken, actie te ondernemen op basis van alle uitgebrachte adviezen over wat werkt en in te zetten op de grondhouding dat we gezamenlijk diversiteit en gelijkwaardigheid kunnen stimuleren. Middels deze oproep willen wij als branche 5 punten uitlichten:

  1. Regelmatig verschijnen er rapporten en publicaties over voorkomende discriminatie. Aard en omvang, specificaties naar gronden en terreinen, cijfers en individuele ervaringen: het wordt onderzocht en beschreven. Deze onderzoeken worden vaak op verzoek van de overheid uitgevoerd. Altijd bevatten ze ook aanbevelingen en adviezen. Uiteraard zijn al die onderzoeken van belang en geven ze inzicht. Bijvoorbeeld in hoe heftig discriminatie-ervaringen kunnen ingrijpen in de levens van mensen, hoe kwetsend het kan zijn, hoe moeilijk volledige participatie is. Nu roepen we op om de gegeven adviezen op te volgen en om invulling te geven aan de aanbevelingen. We roepen niet op tot een nieuw onderzoek maar juist tot het gebruiken van de bestaande inzichten en hierop voortborduren. De overheid heeft beleid om discriminatie te voorkomen en te bestrijden. In Artikel 1 van de Grondwet staat dat discriminatie verboden is op verschillende gronden en op welke grond dan ook. Ook staat in Artikel 1 dat iedereen die zich in Nederland bevindt, gelijk behandeld moet worden. De praktijk is echter anders; er is alledaagse discriminatie, die je op straat, op je werk, rondom je huis of op school tegenkomt, en er is ook institutionele discriminatie. De voorbeelden die in het Deltaplan genoemd worden gebeuren echt. Door gebruik van technologie en algoritmes behandelen instanties, zoals de Belastingdienst, de ene groep anders dan de andere groep, terwijl daar geen enkele reden voor is. En dat geldt ook voor het mechanisme van etnisch profileren.
  2. Voor huiselijk geweld bestaat er een meldcode; voor discriminatie zou die er ook moeten zijn. En als je een meldcode gebruikt, zou dat niet tégen je gebruikt moeten worden. Je bent dan niet iemand die de vuile was buiten hangt, nee: je stelt een misstand aan de kaak. Als iedereen aan de bel kan trekken in het geval van gesignaleerde discriminatie, is het een gedeelde verantwoordelijkheid en voelen slachtoffers zich gesteund en gesterkt. Verdergaand krijgen sommige sectoren een meldplicht. Ambtenaren die bijvoorbeeld werken in het onderwijs of bij huisvesting en daar discriminatie signaleren, zouden verplicht moeten worden dat te melden. Doe je dat niet en laat je het gaan waardoor het voortduurt, dan kun je een sanctie tegemoet zien. Een meldcode (of -plicht) zal er veel eerder voor zorgen dat (veel)voorkomende discriminatie in een bepaalde sector inzichtelijker wordt dan wanneer een aantal individuen de eigen ervaring meldt.
  3. 'Discriminatie is strafbaar, dus als je aangifte doet, is het opgelost'. Die gedachte is onjuist. Zelfs politie en Openbaar Ministerie vinden het strafrecht in de meeste gevallen niet de beste weg om discriminatie aan te pakken, laat staan te voorkómen. Met preventie is er veel meer te bereiken: door de dialoog aan te gaan, een veilige omgeving op het werk of op school te creëren, zorgen voor bewustwording. De Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen moet verruimd worden om gemeentes middelen en ruimte te bieden om antidiscriminatiebeleid te ontwikkelen met voorlichting en preventie als speerpunten. Voorkomen is beter dan genezen, ook op lokaal niveau. Op dit moment is de wettelijke taak beperkt en dat is jammer.
  4. Algemene voorzieningen moeten voor iedereen op dezelfde manier toegankelijk zijn. Voorzieningen zijn niet algemeen, als niet iedereen ervan kan profiteren. Regels of voorwaarden kunnen oneerlijk zijn of oneerlijk uitpakken en daarvan moet de overheid zich bewust zijn. Blijf alert en toets regels regelmatig. Vraag jezelf af of je echt, zowel direct als indirect, voor iedereen toegankelijk bent, of de kansen voor iedereen even groot zijn, zodat echt iedereen daarvan kan profiteren.
  5. Onderwijs: er wordt ook nu weer, met de antiracisme-protesten en Black Lives Matter beweging, veel geroependat het onderwijs een belangrijke rol heeft om kennis en inzicht te geven in de geschiedenis. Het is zo belangrijk, omdat de geschiedenis nog steeds veel invloed heeft op hedendaagse kwesties en problemen. Onderwerpen zoals slavernijverleden, kolonialisme, vervolging van joden en van Roma en Sinti in WOII geven inzicht in wat er nu speelt aan discriminatie en racisme.

Tot slot
Artikel 1 van de Grondwet is er voor iedereen, het beschermt ieders belangen, ieders mensenrecht om gelijk behandeld te worden. Laten we solidair zijn met mensen die zich gediscrimineerd voelen en die de bescherming van Artikel 1 nodig hebben, ook al doen ze om een andere reden dan jij zou doen, daar een beroep op.